Was 19 jaar op die dag, en lid van de padvinderij
Hieronder zijn verslag van die dag:
Volgens afspraak kwamen de leden van onze groep ’s morgens bij Co Bosman thuis, terwijl ik naar het hoofdkwartier ging om orders in ontvangst te nemen. We kregen verschillende opdrachten, o.a. moest ik naar de F.O.N.. Om half twaalf was er niets meer te doen. Leo en ik zijn toen de kant van de Dam opgelopen waar net de eerste Canadezen in tanks aankwamen. We maakten ons toen verdienstelijk door met onze stokken de weg vrij te maken. Spoedig kwamen meer padvinders waarmede we toen het trottoir en de rijweg vrije hielden door een flinke afzetting te vormen. De menigte achter ons zwol geweldig aan maar er kwamen echter geen tanks meer.
Alleen de N.B.S. stelde zich voor het Paleis op. Tot drie uur bleef alles rustig. Plotseling klonken toen echter enkele schoten. De menigte achter ons raakte toen in beweging maar toen aan alle kanten in eens stenguns en mitrailleurs begonnen te ratelen ontstond er een vreselijk paniek. De Duitsers schoten vanaf het dak van de Grote Club in de menigte waardoor tientallen gewonden vielen. Alle mensen probeerden zo gauw mogelijk van de gevaarlijke plaats weg te komen waardoor een verschrikkelijk gedrang ontstond waarin velen onder de voet gelopen werden. De padvinders hebben zich echter kranig gehouden. Vooral hielpen zij de gewonden te verbinden en mensen te kalmeren. Het ergste was dat de mensen, die eenmaal buiten het schootsveld waren, weer bleven staan om vooral maar niets te missen.
Met de politie maanden we de mensen tot doorlopen wat pas opgevolgd werd toen weer nieuwe salvo’s door de straat klonken. Tot mijn geluk had ik een verbanddoos bij me zodat ik nog heel wat gewonden verbinden kon.
Toen de Dam leeg was ben ik de Nieuwe Kerk ingegaan waar het schip vol met vluchtelingen was. De padvinders bewaakten de uitgangen daar het levensgevaarlijk was zich buiten te wagen waar het gevecht tussen de Duitsers en de B.S. in volle gang was. Met enige padvinders patrouilleerde ik door de kerk om de gewonden op te zoeken en te verbinden. Ook verschillende bewustelozen hebben we naar de in allerijl ingerichte verbandkamer gebracht. Pas om ongeveer half vijf werd het buiten rustig, waarna we de mensen in groepjes van 10 lieten weggaan. Daar ons werk in de kerk afgelopen was regelden we toen het verkeer waarna we tot half acht de straten om de Dam afgezet hebben. Na mijn fiets opgehaald te hebben ben ik toen naar huis gegaan om te eten, waarna ik naar de Amstelveensche weg gegaan ben (waar ook schietpartijen geweest waren) om met de afzetting te helpen.
Deze zwarte dag in de bevrijdingsdagen heeft de Amsterdamse burgerij getoond dat de padvindersbeweging nog steeds paraat is om te helpen waar het nodig is. En hier was het nodig en ze deden hun plicht. Als Baden Powell nog geleefd had zou hij gezegd hebben: “Well Done Boys”.
Bron: Padvinderskroniek, Amsterdam 2002 copyright P.J. Kroonenberg
Kleine correctie, het waren geen Canadezen die op 7 mei bij de Dam kwamen maar een Britse verkenningseenheid genaamd de Polar Bears die onder Canadees commando stonden.
Dat is bekend, maar we hebben hier het verslag van Ton Gräber integraal overgenomen zonder eigen interpretaties en/of correcties.