O.S. van der Veen (1923-2017)
De schrijver van dit verhaal is familie van één van onze onderzoekers.
Deze geschiedenis is veel beschreven. In ieder geval in een van de boeken van Lou de Jong is het uitgebreid beschreven.
Er moet dus wel heel veel bekend zijn, ook over nabestaanden.
Toen we hadden gehoord dat de Canadese bevrijders optrokken naar de Dam, besloten Hans Crucq (overleden) en ik die intocht bij te wonen. Korte tijd nadat wij de Dam hadden bereikt, klonk er heel heftig machinegeweer vuur en zagen wij veel mensen sneuvelen. In paniek besloten Hans en ik de ruiten in te slaan van een kantoorgebouw op de hoek van het Rokin (Blikman en Sartorius).
Zo slaagden wij erin met veel anderen te vluchten in de kelder onder dat gebouw. Kort daarna verschenen Duitse troepen om de opstandige militairen in het gebouw (de Industriële club?) [red: De Grote Club] naast het Koninklijk Paleis te overmeesteren. Dat is toen blijkbaar gelukt. Waarop iedereen op de Dam die niet getroffen was zo snel mogelijk dat slagveld verliet. De opstandige militairen konden zich niet verenigen met de capitulatie en begonnen te schieten op de juichende menigte. De militairen waren waarschijnlijk mariniers.
De Canadezen waren op weg om de Duitsers gevangen te nemen.
Vanuit de kelder zagen we allemaal mensen op de grond liggen en het geluid van de machinegeweren was ook heel duidelijk te horen.
Mr. O.S. van der Veen
15 Januari 2015