De Groote Club was een herensociëteit aan de Dam in Amsterdam. Na twee fusies met andere sociëteiten wordt sinds 1975 de naam De Industrieele Groote Club gebruikt.
In 1788 werd een leesgezelschap in Amsterdam opgericht met de naam Doctrina et Amicitia. De leden waren patriotten, veelal afkomstig uit de Amsterdamsche koopmannen, rechters, notarissen en ambtenarenwereld. Als politiek gezelschap mochten zij geen bijeenkomsten houden maar als leesgezelschap kwamen zij regelmatig bijeen. Doctrina et Amicitia had een grote bibliotheek met 8000 titels, waarvan een groot deel bewaard is gebleven.
In 1872 werd in het gebouw ernaast de Sociëteit de Groote Club opgericht en in 1922 fuseerde Doctrina et Amicitia met de Groote Club, waarna de naam Sociëteit De Groote Club Doctrina et Amicitia gebruikt werd.
De Groote Club liet door architecten Theodoor Gerard Schill en D.H. Haverkamp in 1912 op de hoek van de Dam en de Kalverstraat tekeningen voor een mooi clubgebouw maken. De eerste tekeningen werden afgekeurd door de Dam-Raadhuiscommissie, maar in 1914 was het gebouw klaar. Beide architecten hadden gewerkt op het bureau van P.J.H. Cuypers tijdens de bouw van het Rijksmuseum. Het clubgebouw werd een rijksmonument. De kelder was van beton, in het dak was een daglicht met glas in lood.
Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd dit door de Duitsers in beslag genomen. Zij verkochten het gebouw aan De Nederlanden van 1845. Mondeling werd toegezegd dat de Club het gebouw na de oorlog zou kunnen terugkopen.
Op 7 mei 1945 vond de dramatische schietpartij op de Dam plaats. Eenheden van de Kriegsmarine schoten vanuit de ramen, balkons en het dak van de Groote Club op de feestvierende menigte en B.S. eenheden. Op 9 mei 1945 werden deze troepen door de Canadese eenheden ontwapend en weggevoerd uit de Groote Club.
Een van de verhalen over het einde van de schietpartij vertelt dat er vanuit het Paleis met Bazooka granaten op de Groote Club geschoten is. Archiefonderzoek heeft aangetoond dat de schade aan het pand verwaarloosbaar was, en ook foto’s, daags na de schietpartij gemaakt tonen geen schade aan de gevel.
In 1947 werd een gedenkplaat onthuld. Deze kwam tot stand door een initiatief van de ‘Vereeniging van zakenlieden Nieuwendijk-Damrak en omgeving’ en met toestemming van bestuur van de Groote Club op huidige locatie gemonteerd (hoek Kalverstraat/Paleisstraat). Bij de onthulling waren o.a. burgemeester d’Ailly en Bep Vink aanwezig, die tijdens de schietpartij commandante van het Rode Kruis was.
Na de oorlog bleek de Club het gebouw niet terug te kunnen kopen, waarna de Club het pand tot 1975 huurde, het jaar waarin de Club een fusie aanging met De Industrieele Club, die in 1913 was opgericht. Sinds deze fusie wordt de naam De Industrieele Groote Club gebruikt.
Het clubleven speelt zich nu af op de Dam 27, in het clubgebouw ‘Industria’ (1913-1916), waarin De Industrieele Club vanaf 1916 gevestigd was.
bron: o.a. wikipedia