Cor Perlee werd geboren op 8 mei 1935 en groeide als telg van de Perlee-dynastie op te midden van de draaiorgels. Hij begon al vroeg te werken in het draaiorgelbedrijf van zijn vader Gijs. Hij ontwikkelde zich als de technische man in het bedrijf en voerde onder andere reparaties uit aan draaiorgel Het Snotneusje.
Op 7 mei 1945, tijdens de beschieting op de Dam was de toen 10-jarige Cor vlakbij. Hij vertelt er het volgende over:
Ik had gehoord dat er een hoop mensen bij elkaar zouden komen op de Dam voor de bevrijding. Daar wou ik bij wezen. Ik ging erheen met mijn vriendje van de overkant, Joop van Dijk. Het was erg druk we raakten elkaar al snel kwijt. Ik liep richting de Mozes en Aaronstraat, de straat tussen het Paleis en de Nieuwe Kerk bij de Nieuwezijds Voorburgwal. Bij de hoek zag ik mannen van de Binnenlandse Strijdkrachten, die hadden blauwe overalls aan en een helm op en een machinepistool hadden ze voor zich hangen. Die gaan hard lopend de Mozes en Aaronstraat in, dus ik ben nieuwsgierig en ga eens kijken wat ze doen. Ze gingen met één knie op de grond zitten met hun pistolen in de aanslag. Ik denk, wat is dat nou? In ene hoor ik knallen. Dat kon ik niet zien natuurlijk, je had een inham in die hoek. Ik denk: het lijkt wel schieten, ik ga niet meer de Dam op. Mensen zoeken dekking in een hoek en daar ben ik ook gaan liggen. Ik zag een stelletje mensen die de Nieuwendijk op liepen en een oude man in een invalidewagen. Of ie nou geraakt werd door kogels of misschien een hartstilstand kreeg… Ik zag hem uit zijn invalidewagen vallen op straat, waar die doodstil bleef liggen. Ik denk: ik moet maken dat ik weg kom, maar er kwamen steeds meer mensen de hoek om rennen en die kwamen bovenop me liggen. Dus ik kreeg het daar nog een beetje benauwd ook toen. Toen is het schieten ietsje afgezakt en begonnen mensen weg te rennen richting Nieuwezijds Voorburgwal. Ik ben ook gaan rennen, naar huis toe.
Het Snotneusje stond toen op de Dam in de buurt van een kiosk, waar nu het Monument ongeveer staat, hij was gehuurd door twee mannen, die waren natuurlijk ook weggerend.
’s Avonds ben ik mee geweest met mijn vader rond 7 uur om het orgel op te halen, ik hielp hem een beetje op mijn manier. De dag daarna was ik jarig en werd ik 11 jaar.
Het Snotneusje werd daarna verhuurd en ik heb er zo’n 5 jaar later aan gewerkt, toen ik een jaar of 15 was. Er waren pijpen versplinterd, ik heb er 2 kogels uitgehaald en 1 kogel zit er nog in, dat was teveel moeite om eruit te halen.
Cor herinnert zich nog dat hij met zijn vader, Gijs Perlee, voor de eerste keer met een draaiorgel meeliep om te spelen op het bevrijdingskermis op de Willem de Zwijgerlaan. Mogelijk was ook het Snotneusje daarbij.
Juni 2020
Views: 2560